zaterdag 19 december 2015

Asielzoekers crimineler dan Autochtonen

In 2001 publiceerde de recherche in Groningen een verontrustend rapport over Asielzoekers en Criminaliteit. In dit rapport trok Staatssecretaris Kalsbeek van Justitie de conclusie dat asielzoekers veel crimineler waren dan autochtone Nederlanders. Desondanks trok men in de Tweede Kamer toen de conclusie dat verder onderzoek naar deze problematiek niet nodig was. Men hield dergelijke cijfers liever onder de pet. Er is echter geen enkele reden om aan te nemen dat er sinds die tijd iets veranderd is.   

Het rapport begint met een soort conclusie die ik hier letterlijk weergeef:

"Gesteld kan worden dat de informatie over de kwantiteit van de criminaliteit gepleegd door asielzoekers niet uit de lucht is gegrepen. Er wordt derhalve niet zonder reden in de richting van bepaalde groepen asielzoekers gewezen. Tijdens het interviewen van de mensen die direct geconfronteerd werden met de geschetste problematiek blijkt dat zij het gevoel hebben dat er met hun kennis van zaken niets wordt gedaan. het wordt voor hen steeds moeilijker om de klagende bevolking te woord te staan zonder de klachten te moeten beamen. Ook het feit dat bijvoorbeeld bewakingspersoneel in de nachtelijke uren bepaalde gangen in een opvangcentrum niet meer durft te betreden, is een serieus signaal om tot veranderingen in beleid over te gaan".

In een notendop wordt hier het taboe al weergegeven. De klagende bevolking is altijd afgescheept, ook al weet de politie dat de klagers het gelijk aan hun zijde hebben!

Aanleiding tot het rapport is ook dat, aldus het rapport, "de toenemende criminaliteit gepleegd door asielzoekers spanningen veroorzaakt in de directe omgeving van de opvangcentra. Als zorg werd geuit dat dit alleen nog maar zal toenemen".

Tot slot wordt nog opgemerkt dat "deze ongewenste ontwikkelingen (namelijk stigmatisering van asielzoekers op basis van dit rapport) worden versterkt door publicaties via de media (bewust of onbewust). Niemand is hiermee gediend. Deze rapportage is dan ook niet geschikt voor publicatie en uitsluitend bedoeld voor intern gebruik". Dus ook de politie, hoewel zij op de hoogte was van de torenhoge criminaliteitscijfers van asielzoekers, wilde deze stil houden.

En nu de cijfers:

In de provincie Groningen wonen 558.000 mensen. 8,42 promille daarvan, oftewel 4700 zijn asielzoekers. Hiervan leven 3890 in de opvangcentra. Deze zijn van belang voor het rapport. De 810 asielzoekers die niet in opvangcentra wonen zijn niet meegenomen in deze rapportage. Ik kom daar later nog op terug.

De politie heeft een jaar lang alle personen die aangehouden werden wegens een misdrijf in kaart gebracht. Bij deze 5946 aanhoudingen werd 299 keer een asielcentrum opgegeven als adres en 5647 keer een gewoon adres.

Dat betekent dus dat 558.000 "gewone" Groningers goed zijn voor 5946 aanhoudingen (1,01%). voor de asielzoekers houdt dit in dat 3890 asielzoekers goed zijn voor 299 aanhoudingen (7,69%). Dat betekent dus dat asielzoekers 7,59 maal zo vaak zijn aangehouden als gewone Groningers.

Overigens noemt het rapport zelf een cijfer van 6,1 maal zo vaak. Dat komt omdat het rapport recidivisten maar één keer meetelt. De 299 aanhoudingen betreft 236 asielzoekers, en van dat getal gaat men uit. Overigens hanteert men deze methodiek niet bij de gewone Groningers. Vandaar dat men op een lager percentage criminele asielzoekers uitkomt.

Het getal van 5 of 5,1 maal zo crimineel, dat in de pers en op het journaal werd gebruikt, is op geen enkele manier in het rapport terug te vinden. Het is mij echt een raadsel hoe dat getal in de wereld gekomen is.

Op grond van het rapport is de enige juiste conclusie dat asielzoekers 7,59 maal crimineler zijn dan de gewone Groningers de enige juiste. Maar laten we eens gaan rekenen met deze cijfers 810 asielzoekers wonen in gewone huizen en gelden volgens dit rapport als "gewone" Groningers en hun strafbare feiten worden ten onrechte bij die van de "gewone" Groningers geteld. Immers, bij de indeling of men gewone Groninger dan wel asielzoeker is, gaat men uit van het feit of men in een asielzoekerscentrum woont. En daar wonen deze 810 asielzoekers niet. Als we ervan uitgaan dat deze groep asielzoekers evenveel strafbare feiten pleegt als de asielzoekers in de asielcentra, dan wordt het aandeel van de asielzoekers nog groter, namelijk 7,69 keer zoveel criminaliteit als "gewone" Groningers.

Mar er is nog een addertje onder het gras. In het rapport staat ook een onderverdeling van de strafbare feiten. Zo blijkt dat asielzoekers met name hoog scoren als eht gaat om eenvoudige mishandeling, ernstige geweld en diefstal.

"Gewone" Groningers scoren heel hoog met ondermeer verkeersovertredingen (827 aanhoudingen tegen 1 bij de asielzoekers). Het rapport zegt daarover: "Dit is vanzelfsprekend omdat de autodichtheid onder asielzoekers zeer laag is".

Dus als we deze categorie uitsluiten uit de vergelijking, vallen de cijfers nog nadeliger uit voor de asielzoekers: 8,98 maal zoveel criminaliteit.

De conclusie is dat de mensen uit de omgeving van asielzoekerscentra die klaagden over de toegenomen criminaliteit, altijd gelijk gehad hebben.  

Martina Althoff en Willem de Haan van de Rijksuniversiteit Groningen publiceren in 2006 nog een aanvullende conclusie:


"Naast het kwantitatieve onderzoek naar de drie categorieën asielmigranten, is een kwalitatief onderzoek uitgevoerd naar criminaliteitspatronen en criminele carrières van asielzoekers. In totaal zijn 105 casus onder de loep genomen. De gevonden criminaliteitspatronen zijn voor een deel te verklaren uit persoongebonden factoren zoals onverwerkte trauma’s. Psychische problemen van asielzoekers treden vaak op in wisselwerking met institutionele factoren zoals de duur en het verloop van de toelatingsprocedure en de leefbaarheid en veiligheid van het asielzoekerscentrum en het toezicht dat op asielzoekers wordt uitgeoefend.

Asielzoekerscentra kunnen gelegenheid bieden tot het afzetten van illegale goederen en diensten op meer georganiseerde wijze. Bovendien kan verblijf op een asielzoekerscentrum ook als dekmantel dienen voor criminele activiteiten. Gebleken is echter dat asielzoekers die betrokken zijn bij zware en/of georganiseerde criminaliteit meestal niet (meer) op een asielzoekerscentrum verblijven en vaak samenwerken met landgenoten of personen met dezelfde etnische of culturele achtergrond die deel uitmaken van criminele groepen of netwerken. Het gaat hierbij vaak om ex-asielzoekers waarvan een deel zich als vergunninghouder heeft gevestigd. Een ander deel heeft al een ongewenstverklaring gekregen maar is nog in afwachting van de uitslag van een bezwaarprocedure of kan niet worden uitgezet omdat terugsturen naar het land van herkomst niet verantwoord is."


Wilt u dit in uw wijk? 


 






Geen opmerkingen:

Een reactie posten